Afgelopen september ging ik tien dagen naar Schotland, dit was mijn zomervakantie. Iedereen die ik dit vertelde verklaarde mij zo ongeveer voor gek en de opmerking ‘heb je wel een regenjas ingepakt’ kwam meerdere keren voorbij. Natuurlijk had ik zelf ook weinig zin om tien dagen in de regen te lopen, maar ja dat is een risico dat je loopt als je naar Schotland gaat. Een risico dat ik bereid was te nemen, want de Schotse natuur is prachtig. Dus terwijl ik in de ene hand de app op mijn telefoon met de actuele weervoorspelling steeds weer vernieuwde, stond ik met de andere hand kleren in mijn koffer te gooien. Heel koud zou het in ieder geval niet worden, dat was in ieder geval al positief.
Onze reis begon en eindigde in Edinburgh, een stad waar ik in 2015 ook al eens geweest was. Een stad met een hele fijne sfeer en waar ik dan ook graag naar terugkeerde. Dit keer trokken we ook nog een paar dagen de Schotse Hooglanden in, een perfecte combi.
We kwamen pas ’s avonds aan in Edinburgh dus we hadden nog geen goed beeld van het weer. Toen ik de volgende dag de gordijnen van onze airbnb opentrok scheen de zon. Ik had al gelijk tegen Dagmar gezegd dat als het de eerste dag mooi weer was we maar direct de wandeling naar Arthur’s Seat moesten maken. Wat bleek, het was fantastisch weer en best wel heel warm om de klim te maken. Voordat we daar aan begonnen hebben we heerlijk in de zon ontbeten. Toen moesten we onszelf nog knijpen ‘zie ons hier nu zitten in een t-shirt in de felle zon in Schotland! hebben wij even geluk’ …en zo bleek het de hele vakantie te zijn. Wie had dat gedacht: een Indian Summer in Schotland! ♥

Nadat we ons ontbijtje op hadden (aanrader: Hula Grassmarket), dwaalden we via het kleurrijke Victoria Street langs Greyfriars Bobby naar Holyrood Park waar we Arthur’s Seat gingen beklimmen. Dat was best wel pittig met die warmte en een knieblessure, maar goed je wilt wat zien hè ;) Van een vriendin had ik al een artikel doorgestuurd gekregen over midges in Schotland, hele kleine irritante vliegjes. Toen dacht ik nog ach daar gaan wij geen last van krijgen zo warm zal het niet zijn, nou ze waren er volop daar bovenop die berg. Verstandig dus om wel in beweging te blijven, maar wel genoeg tijd nemen om van het uitzicht te genieten :)





Helemaal kapot en enigszins uitgedroogd kwamen we bij een super leuke pub uit, Sheep Heid Inn. Deze ligt een de rand van Holyrood Park omsloten door groen, je vergeet hier totaal dat je in een grote stad zit. Aan leuke pubs overigens geen gebrek, nog zo’n leuke met goede burgers, lekkere cocktails en top muziek is The Holyrood 9A. Wij zijn hier twee keer geweest dus dat zegt genoeg ;)

De volgende dag hadden we nog een volle dag in de stad en aangezien het wederom mooi weer was hebben we daar uiteraard goed gebruik van gemaakt. We brachten eerst een bezoek aan Dean Village, lunchen in de zon, liepen een deel van de Water of Leith walkway en bezochten het fotogenieke Circus Lane.

Na dit alles besloten we ook nog even door te lopen naar The Royal Botanic Garden en daar wat rond te dwalen. Het was zondag dus er hing hier een hele relaxte sfeer. Overal zaten mensen in het gras of op bankjes van de zon te genieten. Deze botanische tuin heeft ook een heel tof palmhuis, helaas gesloten wegens onderhoud. Tegen het einde van de middag zijn we weer terug naar het centrum gegaan waar we een cocktail dronken bij Brewhemia. De dag sloten we perfect af op Calton Hill waar we de zonsondergang keken. Dat licht, echt zo mooi, het golden hour is mijn favoriet ♥

Maandagochtend was het zover! Ik werd alleen iets minder enthousiast wakker, amper geslapen, echt een vreselijke nacht. Waarom? Geen idee. Gewoon complete paniek in mijn hoofd en daar was niet bepaald een reden voor. Na gedoucht te hebben kon ik mijzelf met wat hulp van Dagmar gelukkig bij elkaar rapen. Dus ja reality check, achter die mooie plaatjes zit een soms wat minder mooi verhaal. Achter die camera staat soms iemand die in haar hoofd zelf haar grootste vijand is.
Maar goed we gaan dus met de trein de Schotse Hooglanden in, een 6,5 uur durende treinreis met als eindbestemming Mallaig. WAUW, de meest fantastische landschappen kwamen voorbij. Helaas geen foto’s gemaakt met de camera, maar wel veel filmpjes en foto’s met de telefoon.







We hebben voor Mallaig gekozen, omdat dit vlakbij diverse Isles ligt. Isle of Skye staat nog altijd op mijn lijstje om eens te bezoeken, maar links rijden zie ik toch echt niet zitten en op Skye heb je wel een auto nodig. Van te voren had ik echter bedacht om dan als alternatief naar Isle of Eigg te gaan. Daar kun je met de boot heen en op het eiland kun je met de fiets op verkenning. Maar toen we de volgende dag in de haven kwamen bleek dat er tijdens de dagen dat wij er waren geen boten naar dit eiland gingen. Mallaig is verder een redelijk uitgestorven vissersdorpje waar je weinig kunt doen, het is echt een doortocht plaatsje. Toch hebben we een hele mooie wandeling (Circular Walk) gemaakt door de hooglanden rondom het dorpje. Onderweg kwamen we amper iemand tegen en daarom heb je daar echt een ‘alleen op de wereld’ gevoel. Iets wat ik toch wel een beetje spannend vond haha (iets met verdwalen en geen bereik).


We sliepen in een schattige B&B The Moorings Guest House met uitzicht op de haven. Tegenover is een bakkerij gevestigd met de lekkerste almond croissants, kaneelbroodjes, belegde broodjes etc. Dat verwacht je dan weer niet in zo’n afgelegen dorpje, zou ook niet misstaan in Scandinavië ;) Dus The Bakehouse & Crannog is the place to be, samen met de plaatselijke pub trouwens: The Chlachain Inn.
Na de wandeling besloot ik in de haven op een bankje in de zon te hangen en een boek te lezen, ik wilde even rustig aan doen. Woensdag zouden we weer een drukke dag voor de boeg hebben. Bij het toeristenpunt hadden we al navraag gedaan wat ze ons zouden aanraden en dat werd een boottocht naar een afgelegen dorpje dat alleen te bereiken is per boot. Al vroeg vertrokken we richting Inverie, waar we na een uurtje varen aankwamen.




We hadden zo’n 4 uur de tijd om de omgeving te verkennen en dat doe je het makkelijkste op de fiets. Het huren daarvan was nog even een uitdaging. Bij de supermarkt werd ons verteld dat er nog één normale fiets was en een kinderfiets, na het zien van die laatste was wel duidelijk dat dit geen opties was. De vrouw verwees ons echter nog even door naar het kantoor van de boswachter, want er was nog wel een andere fiets maar ze wist niet zeker of die nog opgehaald zou worden. Eenmaal bij het kantoor van de boswachter was de boswachter er niet, want die was net vertrokken op een wandeling met de rest van de toeristen die bij ons op de boot zaten. Daar gaven ze ons echter wel te tip dat er verder op het eiland nog een soort camping was waar je ook fietsen kon huren. E-mountainbikes aan, helm op en we waren klaar om over het eiland te zoeven! WAUW, we fietsten dwars door de hooglanden en dat was echt fantastisch. Uiteindelijk kwamen we uit bij een verlaten strandje (Sandaig) waar ik nog even met mijn voeten door het koude water ben gelopen, zo warm! Wederom geen foto’s met camera gemaakt, alweer ‘het einde van de wereld’ gevoel, alleen wat schapen om ons gezelschap te houden.





Echt een dikke vette aanrader dus om de stad te combineren met een paar dagen in de Schotse Hooglanden. Na de volgende ochtend de plaatselijke bakker nog even leeg gekocht te hebben, was het tijd om weer te beginnen aan de 6,5 uur durende terugreis naar Edinburgh. Inmiddels was het daar nog warmer geworden dus we moesten op zoek naar zomerkleding zodat we de laatste dagen in de stad in korte broek konden rondlopen. We hebben nog heerlijk door de knusse straatjes gedwaald (favoriet: Cockburn Street), naar doedelzakmuziek geluisterd, in het park in de zon gelegen, cocktails gedronken en zelfs gekanood!
We zouden deze reis eigenlijk al in 2020 maken, maar ja toen kwam er ‘even’ iets tussen. Blij dit ruimschoots ingehaald te hebben :) Omdat we zoveel gedaan hebben – vliegen, treinen, fietsen, varen, lopen, kanoën – leek het bij thuiskomst wel alsnog ik minimaal drie weken was weg geweest ♥











